​

• Egels die overdag in de winter rondlopen. ’s Zomers kan het een moederegel zijn op zoek naar eten voor haar baby's. Deze egel vooral niet oppakken anders sterven mogelijk haar jongen.

• Babyegeltjes zonder moeder. Plaats er een kartonnen doos over en wacht een uurtje. Let op! Niet oppakken of aanraken; de moeder verstoot hen anders als zij terugkeert. Komt de moeder niet terug? Bel dan de dierenambulance.

• Egels met verwondingen, vliegeneitjes, maden of veel teken/ vlooien.

• Egels die snotteren, niezen of hoesten.

• Egels die langere tijd stil liggen of amper bewegen.

• Egels die zich niet oprollen.

• Egels die verzwakt, nat of onderkoeld zijn.

• Sterk vermagerde of kleine egels (een gezonde egel weegt circa 1000 gram).

• Egels die in de sneeuw rondlopen.

• Egels met kale plekken, korsten en/of schilfers.

​

BELANGRIJK!
Als de egel koud aanvoelt, wat vrijwel altijd het geval is, leg deze dan zo gauw mogelijk eerst op een lauwwarme kruik of tegen een in een handdoek gerolde plastic fles met warm water. Dek hem af met een handdoek (dit om stress te verminderen). Bij warm en droog weer; op een koele plek zetten en bakje water geven! Geef de egels s.v.p. geen eten, maar bel direct de dierenambulance. Zij zullen, samen met de Diergeneeskundig centrum Alphen en Stichting Zorg voor Egels, zorgen dat de egel de zorg krijgt die hij nodig heeft.